Zweden: koele meren en bossen, strak design, realistische sociaal-democratie, onromantische thrillers en detectives. Maar hoe zit het met de kunst, de literatuur? Opvallend dat het beroemdste Zweedse kinderboek, 'Pippi Langkous' van Astrid Lindgren, juist zo fantasievol is, en dat bijvoorbeeld Selma Lagerlöffs 'Gösta Berling' over een allerminst nuchtere dominee gaat. En dat Arthur Strindberg een van de krankzinnigste auteurs is uit de wereldliteratuur.
Kunst, dat dwarssegment van de maatschappij, is ook in Zweden soms dwars en de roman 'De polyglotte geliefden' van Lina Wolff (1973) beantwoordt zeker aan dat beeld. Die herinnert sterk aan de romans van de Franse misantroop Houellebecq, een schrijver die er trouwens ook uitgebreid in aan de orde komt.
'De polyglotte geliefden' gaat over liefde, macht en seks, en dat op een confronterende, onthutsende wijze. Drie personages komen aan het woord, Ellinor, Max en Lucrezia. Ze zijn allemaal zijdelings met elkaar …Lees verder
Zweden: koele meren en bossen, strak design, realistische sociaal-democratie, onromantische thrillers en detectives. Maar hoe zit het met de kunst, de literatuur? Opvallend dat het beroemdste Zweedse kinderboek, 'Pippi Langkous' van Astrid Lindgren, juist zo fantasievol is, en dat bijvoorbeeld Selma Lagerlöffs 'Gösta Berling' over een allerminst nuchtere dominee gaat. En dat Arthur Strindberg een van de krankzinnigste auteurs is uit de wereldliteratuur.
Kunst, dat dwarssegment van de maatschappij, is ook in Zweden soms dwars en de roman 'De polyglotte geliefden' van Lina Wolff (1973) beantwoordt zeker aan dat beeld. Die herinnert sterk aan de romans van de Franse misantroop Houellebecq, een schrijver die er trouwens ook uitgebreid in aan de orde komt.
'De polyglotte geliefden' gaat over liefde, macht en seks, en dat op een confronterende, onthutsende wijze. Drie personages komen aan het woord, Ellinor, Max en Lucrezia. Ze zijn allemaal zijdelings met elkaar verbonden maar dat is vooral om het verhaal enige coherentie te geven. In wezen gaat het over de listen en lagen van seksuele relaties. Wat dat betreft doet het boek denken aan 'Les liaisons dangereuses' van Choderlos de Laclos, dat 18de-eeuwse voorbeeld van hogere zedeloosheid.
Ellinor, een doodgewone ambtenaar, niet mooi, niet intelligent, raakt in de strikken van literatuurcriticus Calisto. Hij verkracht haar min of meer, een daad die ze hem vergeldt door een hem in bruikleen gegeven manuscript te verbranden, maar toch blijft ze bij hem. Bij hem leest ze Houellebecq, waarover Calisto zegt: "Je kunt je leven lang sjoemelen, niemand merkt het, je merkt het zelf niet eens. Maar het is er, het wil gevoed worden. Hij weet dat het meeste in de mens monsterlijk is, maar ergens in alle shit zit iets."
Over dat monsterlijk menselijke gaat dit boek. Schrijver Max Lamas is gefascineerd door Mildred, de beeldschone blinde ex van Calisto, maar doet het uiteindelijk met de dorre receptioniste van een of ander bedrijf, die hij vervolgens tot op het bot toe vernedert. Lucrezia, lelijk, dik, kleindochter van een tot armoede vervallen Italiaanse markiezin, is er getuige van hoe haar 75-jarige grootmoeder iets begint met de 54-jarige Max, die zegt echt van haar te houden, totdat de familie een manuscript van hem in handen krijgt waaruit het tegendeel blijkt. De mensen in Wolffs verhaal zijn onaantrekkelijk (of bovenaards knap, ook een vorm van onaantrekkelijkheid!), ze liegen, maken zichzelf wat wijs, zijn opportunistisch en als het erop aankomt hysterisch en bot. Toch willen ze bij elkaar zijn. Het is dit gedesillusioneerde gedrag dat het feitelijke thema vormt van dit boek. Omdat Wolff je steeds een kijkje geeft in het innerlijk van haar hoofdpersonen, ben je bereid haar te volgen totdat een plotse wending opeens een heel ander licht op de man of vrouw in kwestie werpt. Het schrijnendst is dat het geval met de schrijver Max, intellectueel, nadenkend, die na zijn onenightstand met de receptioniste haar genadeloos door het slijk haalt: "'Dus je bedoelt dat ik niet goed ben in bed?', zei de vrouw. Haar keel leek zich te hebben dichtgesnoerd en de laatste woorden van de zin kwamen er zwak uit, bijna fluisterend. 'Ja, precies', zei ik. 'Dat is precies wat ik bedoel. Je bent niet goed. Je bent te oud, te geremd en te saai.'"
'De polyglotte geliefden' is een boek dat wrede waarheden onthult, die de lezer een spiegel voorhouden. Niet toevallig dekken de bedienden van de markiezin alle spiegels in huis af: de mens wil zijn eigen dubieuze motieven niet zien.
Het past daarmee in een literaire trend die het laatste kwart van de vorige eeuw inzette en waarbij de mens niet langer verloren in de wereld of het heelal rondwaart maar verloren is geraakt in zijn eigen duistere, paradoxale geest. Schrijvers als Brett Easton Ellis, Houellebecq en bij ons Arnon Grunberg zijn de meesters die deze nieuwe menselijke ontgoocheling in kaart brengen en kennelijk bestaat er in Zweden, bij monde van Lina Wolff ook een dependance van deze richting. Het is geen aangename lectuur, het wil niet vermaken of verheffen, maar het drukt je met je neus op de eenzaamheid en het tekort van de mens.
Vert. Janny Middelbeek-Oortgiessen Atlas Contact; 288 blz. € 21,99.
oordeel
Aangenaam is het niet, deze confrontatie met onze eenzaamheid.
Verberg tekst