Deze debuutroman van de Noorse schrijver (1979) is een adembenemende en uitstekend vertaalde beschrijving van de zoektocht van Mattias, in 1969 geboren toen Buzz Aldrin zijn voet in het maanstof zette. Aldrin wordt het grote voorbeeld voor de zeer muzikale Mattias, die met hart en ziel tuinman in een slecht lopend tuincentrum is. Als tegelijkertijd zijn vriendin de relatie verbreekt en het tuincentrum failliet gaat, besluit Mattias een rockband te begeleiden naar de Færøer eilanden. Tijdens een stormachtige scheepsreis stort Mattias in en vindt zichzelf ontredderd, maar 15.000 NKr. rijker terug in een bushokje op de Færøer. Hij vindt een liefdevolle opname in ´de fabriek´, een leefgemeenschap van voormalige psychiatrische patiënten, die door de psychiater Havstein wordt geleid. Tegen de achtergrond van de boomloze, door de natuurkrachten van de Atlantische oceaan bepaalde eilandengroep ontwikkelt Mattias iets van een eigen identiteit, maar gaat uiteindelijk opnieuw op de vlucht… Een aangrijpend, humoristisch en bijtend verhaal over het voortdurende gevecht om heer en meester over eigen leven te zijn en het ook te blijven. Kleine druk. Verberg tekst